Kale plekken in gras

Engerlingen onder je grasveld

Engerlingen zijn larven van bladsprietkevers. Ze zijn te herkennen aan hun geelwitte, c-vormige lichaam met een bruinoranje kop. Zie je veel kevers op en boven je gazon? Of vogels die je gras omwoelen? Wees dan extra alert op engerlingen. Vogels vinden deze larven namelijk heerlijk als tussendoortje!

Engerlingen check

Om zeker te weten of je last hebt van engerlingen, steek je bij de beschadigde delen van het gazon of bij de gele plekken voorzichtig een stuk gras uit. Je ziet dan meteen of er larven of eitjes in de bodem zitten. 

Engerlingen voeden zich met graswortels, waardoor je gras afsterft. Een enkele engerling kan helemaal geen kwaad. Maar als je last hebt van een plaag, dan is bestrijden met aaltjes een snelle manier om veel schade aan je gazon te voorkomen.

Emelten

Emelten zijn larven van langpootmuggen. Je kunt ze herkennen aan hun donkergrijze tot zwarte lichaam.  Zie je veel langpootmuggen boven je gazon? Wees dan extra alert op emelten. Ook de aanwezigheid vogels op je gazon kan wijzen op emelten in je gras. Ze vinden emelten, net als engerlingen, een heerlijk maaltje. 

Emelten check

Steek bij de beschadigde delen van het gazon voorzichtig een stuk gras uit. Emelten bevinden zich vooral in de bovenste 5 cm van je gazon. Heb je wat onkruid in het gras? Begin er dan eerst eens mee om dit uit te steken. Een langpootmug legt zijn eitjes graag bij onkruid omdat de bodem daar wat minder vast is.

Emelten eten aan de jonge uitlopers van het gras. Ze trekken vanuit hun holletjes het jonge groen naar beneden trekken om dit op te eten. Het gevolg hiervan? Het gras sterft af en komt los te liggen. Dit veroorzaakt uiteindelijk gele / bruine en zelfs kale plekken. Heb je een plaag en wil je grote schade voorkomen? Bestrijd de emelten dan snel en effectief met aaltjes en start daarna met de kale plekken in je gras te herstellen.

Woelmuizen of woelratten

Muizen en ratten kunnen heel wat schade veroorzaken. Zij leven namelijk van graswortels, waardoor het gras geel wordt en afsterft. Kiezen ze jouw gazon uit als territorium, dan kan er al snel een groot gangenstelsel ontstaan. Hierdoor zit je hele gazon al snel vol gaten en kan de grond verzakken.

Omdat woelmuizen in grote groepen leven en zich bovendien snel voortplanten, is het nogal een klus om ze uit je tuin te verbannen. Een woelmuizenplaag verdwijnt niet vanzelf.

Woelmuizen of woelratten bestrijden

Gelukkig zijn er meerdere manieren om woelmuizen of woelratten te bestrijden. Je kunt ze heel goed bestrijden met speciale geurpalen. De geur van de geurstof is intens en bedreigend voor dieren. Ze zullen niet in de buurt willen komen van dit geurmiddel. Een alternatief is een speciale woelmuisklem om ze te vangen. 

Mieren

Mieren komen in iedere tuin voor en kunnen op zich geen kwaad. Het wordt echter een ander verhaal wanneer er mierennesten ontstaan in of rond je gazon. Mieren vreten graswortels aan, waardoor het gras afsterft en kale plekken ontstaan. Bovendien ontstaan er zandhoopjes die lastig zijn bij het maaien en die het gras kunnen verstikken.

Een mierennest zit van onder naar boven stampvol met mieren. Heb je één mierennest in je gazon? Dan is de kans groot dat andere mierennesten al snel volgen.

Mieren biologisch bestrijden

Mieren kun je heel goed en biologisch bestrijden met zijn natuurlijke vijand, aaltjes. Het zijn minuscuul kleine wormpjes die de mieren opzoeken, binnendringen en er zo voor zorgen dat de mieren sterven. De aaltjes planten zichzelf ook voort. Hierdoor beschermen de nakomelingen van de aaltjes de bodem en planten langdurig tegen mierenplagen.

Veel vogels op je gazon

Vogels op je gazon is normaal gesproken helemaal geen probleem. Zij pikken waarschijnlijk her en der een regenworm uit de bodem onder het gras. Een goed teken, want een gezonde bodem bevat veel bodemleven. 

Heb je echter last van veel vogels op je gazon? Of groepen vogels? Die ook nog eens het hele gazon kapot pikken? Dan moeten de alarmbellen gaan rinkelen.

Larven in je gazon

De kans is namelijk groot dat er plaagdieren onder je gazon zitten, zoals emelten of engerlingen. Deze larven zijn namelijk een heerlijke snack voor vogels. Vogels pikken en woelen vervolgens je hele gazon overhoop, met gaten in het gras of kale plekken in het gazon als gevolg.

Belangrijk dus om te ontdekken welke plaag je gazon teistert, zodat je de engerlingen, emelten of een andere plaag gericht aan kunt pakken.

Langpootmuggen

Langpootmuggen leggen hun eitjes in het gras. Het liefste doen ze dit bij onkruid in het gras, want daar is de grond wat minder compact. Dat kunnen wel 250-400 eitjes per keer zijn. De larven die hier uit komt noemen we emelten. In het voorjaar richten ze de meeste schade aan in je gazon. 

Emelten

Emelten eten namelijk aan de jonge uitlopers van het gras. Dit doen ze door vanuit hun holletjes het jonge groen naar beneden te trekken en dit op te eten. Het gevolg hiervan? Het gras sterft af en komt los te liggen. Dit veroorzaakt uiteindelijk gele / bruine en zelfs kale plekken.

Probeer emelten te voorkomen door je gazon dicht en vol te zaaien. Onkruid en emelten maken zo minder kans. Heb je al last van een emelten plaag? Gebruik dan aaltjes om de emelten effectief te bestrijden en zo de langpootmug te voorkomen.

Varenrouwmuggen

De varenrouwmuggen, ook wel rouwvliegjes zijn een veelvoorkomend plaaginsect. Een volwassen rouwvliegje lijkt op een fruitvliegje, maar ze zijn zwart en wat ranker gebouwd. Een volwassen varenrouwmug steekt niet en leeft ongeveer een week. Ze leggen in die week grote hoeveelheden eitjes in de bodem van je gazon.

Wanneer deze eitjes uitkomen, doen de kleine larven zich direct tegoed aan de graswortels. Het gras verliest zijn kracht, groeit slecht, verkleurt geel en sterft uiteindelijk af.

Een plaag is geboren

De larven worden ook allemaal weer varenrouwmuggen. En ook zij leggen allemaal heel graag weer eitjes. Door hun korte levenscyclus, kunnen een paar muggen al snel leiden tot een grote plaag. Het aantasten van de graswortels door hun larven blijft een terugkerend probleem.

Gelukkig kun je varenrouwmuggen heel goed en biologisch bestrijden met aaltjes tegen varenrouwmug. 

Stikstoftekort

Stikstof is één van de drie belangrijke voedingsstoffen die planten en gras nodig hebben om te kunnen groeien (naast fosfor en kalium).

Wanneer gras niet voldoende stikstof uit de bodem kan halen, onttrekt het stikstof aan de oudste grassprieten om zo de jongste grassprieten te voeden. De oudere grassprieten hebben niet genoeg voeding meer en kleuren hierdoor geel.

Als het gras niet snel extra stikstof krijgt, kan het zelfs afsterven. Gelukkig is dit snel op te lossen door stikstof op het gras te strooien in de vorm van een organische mest met extra stikstof.

Klaver in je gazon

Klaver is een van de meest herkenbare tekenen van een tekort aan stikstof. Klaver kan stikstof uit de lucht halen, waardoor het toch kan groeien op een grond met een voedingstekort.

Gazon in de schaduw

Gras heeft naast water en voedingsstoffen ook voldoende zonlicht nodig om groen en gezond te blijven.

Dun en kaal gazon

Een tekort aan zonlicht kan zorgen voor verkleuringen in het gazon, met kale plekken als gevolg. Gras dat altijd in de schaduw ligt is ook dunner dan gras dat constant zonlicht krijgt.

Onkruid en mos

Mos groeit goed in de schaduw. Gras niet. Hierdoor wint mos vaak terrein in schaduwrijke tuinen. De schaduw zorgt er tevens voor dat het gazon langer nat blijft. Omstandigheden waarin mos zich prima thuisvoelt, maar je gras helaas niet.  

Een gazon in de schaduw lijkt dus een onmogelijke klus, maar dat is het zeker niet. Met het juiste schaduwgras én bemesting blijft jouw gazon zelfs in de schaduw tiptop!

Uitgedroogd gazon

Tijdens hete zomermaanden met veel zonuren kan je gazon uitdrogen. Er ontstaan droge plekken met dor en geel gras. Ook kan dit resulteren in kale plekken.

Naast goed sproeien kun je meer doen om een uitgedroogd gazon te voorkomen:

• Maai het gazon in de zomer niet te kort. Een gazon dat er dor uitziet kun je beter helemaal niet maaien.
• Laat je gazon in drogere periodes veelal met rust. Het gras is in deze periode extra kwetsbaar en kan dus snel beschadigen. 

Een gezond gazon is weerbaarder tegen droogte

• Bemest je gazon met een goede organische mest. De organische meststoffen van Dr. Botani zitten niet alleen boordevol voedingsstoffen, maar verhogen ook de opnamecapaciteit van bijvoorbeeld water. Daarnaast zorgen ze er ook voor dat je gras beter bestand is tegen droogte.

Tekort aan voedingsstoffen

Je gazon heeft meer nodig dan alleen water en zonlicht om te groeien. Heeft jouw gazon een tekort aan voedingsstoffen? Dan kan dit leiden tot geel gras en/of kale plekken in je gazon. Een gazon met een tekort aan voedingsstoffen is ook veel gevoeliger voor onkruid, schimmels, ziektes en plaagdieren.

Gazon bemesten

Om een voedingstekort in je gazon te voorkomen, is het essentieel om 3 keer per jaar extra voeding toe te voegen door middel van bemesting. Dat kan in alle seizoenen, behalve de winter. Er wordt vaak gesproken over winterbemesting, maar dit is de bemesting die je in het najaar strooit zodat je gazon de winter goed door komt. Mest dus in de lente, zomer en herfst.

Heb je een gazon zonder problemen, gebruik dan een all round meststof zoals Graszó in de lente en zomer. Heeft jouw gazon een uitdaging, zoals klaver of mos? Dan zijn er speciale meststoffen met unieke eigenschappen per seizoen of probleem. Zo krijgt jouw gazon alle voedingstoffen die het nodig heeft!

Zoals je hierboven hebt kunnen lezen, zijn er vele oorzaken van kale plekken in je gazon. Om kale plekken te voorkomen, is het dus belangrijk om de oorzaak van het probleem te achterhalen en aan te pakken.

Mesten en bijzaaien

Je hebt het natuurlijk niet altijd in de hand. Een tropische zomer met hoge temperaturen en weinig regen, veroorzaakt toch vaak droge en kale plekken.  Maar belangrijk is dat je het gras zo goed mogelijk onderhoud.  Een gezond, sterk en vol gazon is namelijk weerbaarder tegen ziektes, plagen en tekorten. Mest 3x per jaar het gazon. Gebruik in de zomer een organische mest met een goede droogte tolerantie en in het najaar een speciale mest die je gazon beschermt in de winter.

En zeker niet onbelangrijk, kies een graszaad dat past bij de ligging van je grasmat en de mate van gebruik.

Geef onkruid geen kans

Mooi meegenomen, onkruid krijgt minder kans op een gazon dat heel dicht begroeid is met gras. Onkruid zal altijd de concurrentie aan gaan met gras. Zorg dus dat je grasmat goed dicht is door om de drie maanden te mesten en na het verticuteren bij te zaaien. Zo geef je onkruid geen kans!